Advocaten spreken elkaar onderling op verschillende manieren aan, afhankelijk van de context en de mate van bekendheid met elkaar:
Formeel:
- Geachte collega: Dit is de meest formele aanspreekvorm en wordt gebruikt in brieven, e-mails en bij de eerste ontmoeting met een onbekende advocaat.
- Confrère/Collega: Deze aanspreekvormen, respectievelijk voor mannelijke en vrouwelijke advocaten, worden ook gebruikt in formele settingen, maar klinken iets minder stijf dan “Geachte collega”.
- Mevrouw/De heer: Indien de naam van de advocaat bekend is, maar de relatie nog niet erg formeel, kan men de achternaam laten volgen door “mevrouw” of “de heer”.
Informeel:
- Amice/Amica: Deze Latijnse termen (“vriend” en “vriendin”) worden traditioneel gebruikt door advocaten om elkaar aan te spreken. Hoewel ze nog steeds gebruikt worden, klinken ze tegenwoordig wat ouderwets.
- Collega: In informele settingen, of onder advocaten die elkaar goed kennen, wordt “collega” veel gebruikt.
- Voornaam: Als advocaten een goede band met elkaar hebben, spreken ze elkaar vaak aan met de voornaam.
Andere factoren:
- Leeftijd: In de advocatuur is het gebruikelijk dat jongere advocaten oudere advocaten met “u” aanspreken, terwijl oudere advocaten jongere advocaten met “jij” aanspreken.
- Regio: In sommige regio’s zijn bepaalde aanspreekvormen gebruikelijker dan in andere. Zo wordt “amice/amica” in Vlaanderen vaker gebruikt dan in Nederland.
Het is belangrijk om te letten op de context en de relatie met de andere advocaat bij het kiezen van de juiste aanspreekvorm. In het begin is het altijd beter om formeel te beginnen en later, naarmate de relatie zich ontwikkelt, over te schakelen naar een informele aanspreekvorm.
Bronnen: