Een munt heeft twee zijden, die elk hun eigen naam en kenmerken hebben:
Kop of avers:
- De kop of avers is de zijde waarop traditioneel een afbeelding van een persoon staat, zoals een vorst of een belangrijk historisch figuur.
- Deze afbeelding kan vergezeld gaan van andere symbolen, zoals het jaar van uitgifte of het wapen van het land.
- De kop wordt in Nederland ook wel de “muntzijde” genoemd.
- In het Engels is de term “heads” of “obverse” gebruikelijk.
Munt of keerzijde:
- De munt of keerzijde is de zijde waarop de nominale waarde van de munt staat, vaak in cijfers en letters.
- Ook andere kenmerken, zoals het muntteken, kunnen op deze zijde te vinden zijn.
- De munt wordt in Nederland ook wel de “kruiszijde” genoemd, omdat er vaak een kruis op staat.
- In het Engels is de term “tails” of “reverse” gebruikelijk.
De twee zijden van een munt worden gescheiden door een rand, die ook wel een muntrand of lijst wordt genoemd. De rand kan een opdruk of een patroon hebben, en dient ter bescherming van de munt en ter vermindering van valsheiding.
Naast de officiĆ«le benamingen, bestaan er ook informele namen voor de zijden van een munt. Zo wordt “kop” soms gebruikt voor beide zijden, en kan “munt” verwijzen naar de waarde van de munt in plaats van de keerzijde.
Welke zijde van een munt “boven” ligt, is niet vastgelegd. Dit kan per land en per munt verschillen. In Nederland is het gebruikelijk dat de kopzijde naar boven ligt wanneer de munt op een plat oppervlak ligt.