Twee Nederlandse danseressen worden gezien als grondleggers van Het Nationale Ballet: Sonia Gaskell en Mascha ter Weeme.
Sonia Gaskell richtte in 1954 het Nederlands Ballet op, dat in 1961 fuseerde met het Amsterdams Ballet van Mascha ter Weeme tot Het Nationale Ballet. Gaskell was tot 1968 artistiek directeur van het gezelschap en speelde een cruciale rol in de ontwikkeling van de Nederlandse balletcultuur. Ze introduceerde moderne choreografieën en legde de nadruk op technische perfectie en artistieke expressie.
Mascha ter Weeme richtte in 1945 het Amsterdams Ballet op, dat bekend stond om zijn klassieke repertoire en virtuoze techniek. Na de fusie met Gaskells gezelschap bleef ter Weeme tot 1971 artistiek co-directeur. Ze droeg bij aan de diversiteit van Het Nationale Ballet door haar focus op klassieke balletten en haar oog voor talentontwikkeling.
Zowel Gaskell als ter Weeme hebben baanbrekend werk verricht in de Nederlandse balletwereld. Gaskells innovatieve geest en ter Weemes toewijding aan klassieke waarden legden samen de fundamenten voor Het Nationale Ballet tot het gerenommeerde gezelschap dat het vandaag de dag is.
De bijdrage van deze twee pioniers wordt dan ook met recht erkend als de basis van het nationale ballet.