Er zijn twee belangrijke manieren waarop garen met twee of meer draden kan worden gemaakt:
1. Twijnen:
- Definitie: Het samendraaien van twee of meer draden garen, meestal in tegenovergestelde richting van de draaiing van de gebruikte draden, om dikker en sterker garen te verkrijgen.
- Resultaat: Cablégaren, garen met een stevige, gedefinieerde structuur.
- Voorbeelden: Wolgaren, katoengaren, garen met verschillende vezels.
- Toepassingen: Breien, haken, weven, macramé.
2. Plyen:
- Definitie: Het samenvoegen van meerdere draden van hetzelfde garen om een dikker garen te creëren.
- Resultaat: Zachter, volumineuzer garen met een meer pluizige textuur.
- Voorbeelden: Bouclé garen, chenillegaren, mohairgaren.
- Toepassingen: Breien, haken, knuffels maken.
Andere opmerkingen:
- De dikte van garen met twee of meer draden kan variëren, afhankelijk van het aantal draden en de dikte van de individuele draden.
- Garen met meerdere draden kan gemaakt zijn van verschillende vezels, zoals wol, katoen, zijde of synthetische vezels.
- De keuze van garen met twee of meer draden hangt af van het gewenste project en het gewenste effect.
Nuttige links: