Een direct object in de grammatica is een woord dat aangeeft wie of wat de actie ondergaat die in de zin wordt beschreven. Het lijdend voorwerp maakt dus ook deel uit van de zin en is meestal een zelfstandig naamwoord of een persoonlijk voornaamwoord. Bijvoorbeeld, in de zin “Jan brak zijn arm”, is “Jan” het onderwerp en is “zijn arm” het lijdend voorwerp. De actie die wordt uitgevoerd is “kapot”. Het directe object is hier dus “zijn arm” omdat dit het object is dat de actie ondergaat. Om het lijdend voorwerp te vinden, kun je naar het object zoeken in de zin dat het de actie ondergaat en niet het onderwerp is. Vaak is het lijdend voorwerp het lijdend voorwerp na het werkwoord.