Een vangnet voor weggebruikers is een vangrail die is ontworpen om te voorkomen dat voertuigen van de weg raken en in een ravijn, rivier of ander gevaarlijk gebied terechtkomen. Vangrails zijn gemaakt van staal of beton en worden geplaatst langs de kant van de weg, op plaatsen waar de kans op een ongeval groot is.
Er zijn verschillende soorten vangrails:
- Buitenbocht vangrail: Deze vangrail is geplaatst aan de buitenkant van een bocht, om te voorkomen dat voertuigen de bocht uit vliegen.
- Binnenbocht vangrail: Deze vangrail is geplaatst aan de binnenkant van een bocht, om te voorkomen dat voertuigen tegen de helling botsen.
- Middelberm vangrail: Deze vangrail is geplaatst in de middenberm van een weg, om te voorkomen dat voertuigen de rijbaan oversteken en in tegenliggend verkeer terechtkomen.
Vangrails kunnen levens redden door te voorkomen dat voertuigen van de weg raken en in gevaarlijke situaties terechtkomen. Ze zijn een belangrijk onderdeel van de verkeersveiligheid.
In Nederland zijn vangrails op de meeste snelwegen en autowegen geplaatst. Ook op sommige provinciale wegen en N-wegen zijn vangrails te vinden. De plaatsing van vangrails wordt bepaald door de wegbeheerder, in overleg met de Rijkswaterstaat.
Er zijn verschillende voordelen aan vangrails:
- Ze voorkomen dat voertuigen van de weg raken.
- Ze verminderen de ernst van ongevallen.
- Ze redden levens.
Er zijn ook enkele nadelen aan vangrails:
- Ze kunnen duur zijn om te installeren en te onderhouden.
- Ze kunnen het zicht van weggebruikers belemmeren.
- Ze kunnen bij een ongeval ernstige schade aanrichten aan voertuigen.
Over het algemeen zijn vangrails een waardevolle toevoeging aan de verkeersveiligheid. Ze kunnen levens redden en de ernst van ongevallen verminderen.