Dieren die blauw bloed hebben, zijn ongewervelde dieren, wat betekent dat ze geen ruggengraat hebben. Enkele voorbeelden zijn:
Weekdieren: Denk hierbij aan slakken, inktvissen, octopussen en mosselen.
Schaaldieren: Krabben, kreeften, garnalen en zeekreeften behoren allemaal tot deze groep.
Spinnen: Alle spinnensoorten hebben blauw bloed.
Pijlstaartinktvissen: Deze inktvissen zijn bekend om hun grote, betoverende ogen en flitsende lichtgevende displays. Ze hebben ook blauw bloed.
De blauwe kleur van hun bloed komt door een eiwit genaamd hemocyanine, dat koper bevat in plaats van ijzer, zoals het hemoglobine in het rode bloed van mensen en andere zoogdieren. Hemocyanine bindt zich aan zuurstof en transporteert het door het lichaam van het dier, net zoals hemoglobine dat doet.
De blauwe kleur van het bloed is niet het enige verschil tussen hemocyanine en hemoglobine. Hemocyanine is ook groter dan hemoglobine en zweeft vrij in het bloedplasma van het dier, in plaats van opgesloten te zitten in rode bloedcellen.
Hoewel blauw bloed er misschien vreemd uitziet voor ons, is het een perfect aangepaste manier voor deze dieren om zuurstof door hun lichaam te transporteren.